Helene kröller-müller kinderen

Een kunstverzameling en twee biografieën

Helene was de vrouw van Anton en heeft een deel van het verdiende vermogen gebruikt om de zeldzame kunstcollectie die heden ten dage op De Hoge Veluwe in het Kröller – Müller Museum te zien, aan te leggen.

Beide boeken hebben uiteraard een stevige overlap. Ieder boek heeft echter een totaal andere sfeer. Het boek over Anton Müller is een knap staaltje bedrijfseconomische onderzoeksjournalistiek. Anton was geen man van aantekeningen, of schetsen. Slechts door een eerdere, flink getekende biografie van zijn jarenlange rechterhand, Sam van Deventer, kunnen we wat over de persoon te weten komen. Helene was een goede brievenschrijver zodat we veel te weten konden komen over de gezinsrelaties, het reilen en zeilen van de opbouw van de kunstverzameling en de grote droom om op hun landgoed op de Hoge Veluwe een gigantisch museum te bouwen. Dat laatste is er nooit van gekomen. Het boek leest verder als een ontdekkingsreis door de moderne kunst eind 19de begin 20ste eeuw.

Anton Kröller kwam snel na zijn opleiding in zijn geboortestad Rotterdam in dienst van Müller & Co. Dit van oorsprong Duitse handelshuis had zich in de eind 19de eeuw in de snelgroeiende Noordzee haven gevestigd om ertsen, granen enzovoort te verhandelen. Anton klom snel

Anton &#; Helene Kröller-Müller &#; miljoenen, macht en meesterwerken &#;

&#;Het Kröller-Müller Museum en Het Nationale Park De Hoge Veluwe zijn wereldwijd bekend. Maar wie kent Anton Kröller () en Helene Kröller-Müller ()? Voor het eerst is in dit boek hun beider levensgeschiedenis uitvoerig beschreven.
De Kröllers, vennoten van multinational Wm.H. Müller & Co., verdienen miljoenen, ze behoren tot de rijkste en machtigste Nederlanders. Op de Veluwe kopen ze ha bos, hei en zand om te jagen. Daar bouwt Nederlands bekendste architect H.P. Berlage hun Jachthuis Sint Hubertus.

Helene Kröller-Müller vergaart honderden meesterwerken van wereldberoemde kunstenaars. Ze adoreert Vincent van Gogh. Haar droom, een museum in het park, wordt na jaren werkelijkheid.

Anton Kröller, succesvol ondernemer, is in de Eerste Wereldoorlog de ongekroonde koning van economisch Nederland, die de regering over de buitenlandse handel en de voedseldistributie adviseert. Hij is medeoprichter van Hoogovens en KLM.

De laatste jaren van hun leven zijn vol misère. De Kröllers moeten hun kunstverzameling, hun landgoed met jachthuis en hun villa in Wassenaar verkopen, omdat Müller&Co. zware verliezen lijdt. Tot hun dood mogen ze gratis in het jachthuis wonen.

Dit boek is een documentaire vol biogr

De toewijding van de vleugeladjudant

De even onwaarschijnlijke als fascinerende symbiose tussen Anton Kröller, Helene Kröller-Müller en Samuel van Deventer (), bij leven en na hun dood, begon op 15 maart

De negentienjarige scholier Van Deventer maakte die dag de beslissende goal in de wedstrijd om het Nederlandse hockeykampioenschap. Vier jaar eerder had Anton Kröller in Den Haag een hockeyclub opgericht voor zijn kinderen: Odis – ‘Ons doel is scoren’. Sam speelde met Kröllers zonen Toon en Wim in het eerste elftal en ter viering van het kampioenschap werd het team uitgenodigd op Huize ten Vijver, de imposante villa die Kröller had laten bouwen in het chique Van Stolkpark in Scheveningen.

Dit winnende doelpunt zou een cruciale gebeurtenis in zijn leven blijken, schrijft Ariëtte Dekker in haar biografie van Sam van Deventer, De vertrouweling. Met gevoel voor drama beschrijft ze de wonderbaarlijke drie-eenheid die tussen Sam, Anton en Helene ontstond, waarbij Sam altijd in de schaduw bleef van geweldenaar Anton en aandachttrekker Helene. De vertrouweling is zowel een verbreding als een verdieping van Dekkers monumentale biografie over Anton Kröller, Leven op krediet, die in verscheen.

Timmermanszoon Anton Kröller () was een schatrijke selfmade Rotterdammer. Hij

Kroeller, Anthony George ()

&#; Huygens ING - Amsterdam. Bronvermelding: J.P.B. Jonker, 'Kroeller, Anthony George ()', in Biografisch Woordenboek van Nederland. URL: []

Kröller, Anthony George, ondernemer (Rotterdam - Jachtslot 'Sint-Hubertus' bij Hoenderloo) ). Zoon van Anthony George Kröller, timmerman en aannemer, en Maria Helena Kemp. Gehuwd op met Julie Emma Laura Helene Müller (), kunstverzamelaarster en museumdirectrice. Uit dit huwelijk werden 3 zoons en 1 dochter geboren.

De vader van Anton Kröller was de zoon van een Duitse immigrant die aan het begin van de 19de eeuw naar Rotterdam was gekomen. Hij verkreeg de Nederlandse nationaliteit en bouwde een goedlopend timmer- en aannemersbedrijf op. Als jongste van vier kinderen werd Anton grotendeels door een tante opgevoed, omdat zijn moeder enkele maanden na zijn geboorte overleed en zijn al bejaarde vader weinig aandacht voor zijn kinderen had. Na van tot de vijfjarige HBS te hebben gevolgd doorliep Kröller een klassiek leertraject voor de handel, met stages in Groot-Brittannië, Frankrijk en ten slotte in Düsseldorf, waar hij kwam te werken op het hoofdkantoor van Wm.H. Müller & Co., een cargadoors- en expeditiebedrijf dat zich toelegde op de handel in en het vervoer van

Biography of Anton Kröller

Anton Kröller is known to most of the public only due to his wife, Helene Kröller-Müller, who used her husband’s money to create a world-famous art collection. Yet this Rotterdam entrepreneur was one of the richest, most powerful and most controversial figures in The Netherlands during the first half of the twentieth century. Before the First World War, Kröller was a successful business man. During the war he and a small group of business leaders determined The Netherlands’ foreign and economic policy. This earned him the nickname ‘the uncrowned king of The Netherlands’.
  He continued to do justice to this reputation throughout the ’s thanks to a global company named Müller & Co, a great number of commissions, involvement in the establishment of Hoogovens and KLM, an enormous estate named De Hoge Velluwe, a warm friendship with the German Prince Henry and his wife’s internationally acclaimed art collection. However, during the crisis years, his business ran into stormy weather. Sky-high debt to the Rotterdamsche Bankvereeniging (Robaver), a bank of which Kröller was a commissioner, almost led to the collapse of both Robaver and Müller & Co.
  This study of